-
1. Positie & Balance
Dit is de basis voor alle skills, het aanleren van de juiste positie (stabiliteit) en het verkrijgen van balance door je te houding te verplaatsen op de fiets d.m.v. laag/hoog, voorwaarts/achterwaarts, zijdelings en draaiend
Stabiliteit, hier ligt de focus voor beginners Balance, neigt meer naar gevorderd niveau, o.a. trackstand en low speed handling
-
2. Werking van de onderdelen
Hoe gebruiken we de remmen, hoe en wanneer schakelen we, hoe pedaleren we en in welke frequentie.
-
3a. Richting controle
Er zijn verschillende bochten o.a. scherpe korte langzame, snelle, vlakke, losliggende en ondersteunende bochten, iedere bocht heeft zijn specifieke kenmerken. Maar in iedere bocht stuur je, roteer je en kantel je. Afhankelijk van het soort bocht zal er meer focus liggen op een van de drie dan de overige, maar in iedere bocht stuur, roteer en pas je de hellingshoek aan.
3b. Terrein bewustzijn
Waar kijken we naar toe, analyseren van de ondergrond en welke lijnkeuze maken we dan
3c. Druk controle
Passief (beginners) & actief (gevorderd) gebruik van de vering
Passief: om de krachten die het terrein op je uitoefent op te vangen door armen en benen als dempers te gebruiken
Actief: om kracht op het terrein uit te oefenen om meer snelheid, grip of hoogte te genereren
-
4. Timing en coördinatie
Hoe veel, hoe spoedig, hoe lang, hoe snel, en hoeveel keer